Patisson zijn de vruchten van de snelgroeiende
Cucurbita pepo welke tot de grote pompoenfamilie
hoort. Patisson wordt net als de courgette onrijp gegeten.
Patisson in Nederland wordt vooral geteelt om de
vele kleuren en vormen welke het kan aannemen,
en wordt dan vooral in bloemstukken gebruikt.
Onmiskenbaar is patisson aan een opmars bezig als groente.
patisson in de moestuin
Patisson is erg gevoelig voornacht vorst en koude.
Half mei kan, maar begin juni is het meest
gebruikelijk om in de volle grond te zaaien.
Het duurt minder dan 2 maanden tot de oogst.
dat is voor de eetbare patisson, dus tot 1 decimeter
of kleiner. Pluk de patissons zo vroeg mogelijk,
op deze manier is de opbrengst het grootste.
Voor patissons welke voor de vorm of kleur
worden gekweekt is het gebruikelijk om de
patissons te laten uitgroeien: dus na ongeveer drie maanden oogsten.
patisson oogsten
Meestal wordt een diameter van 1 decimeter aangehouden.
Er zijn erg veel soorten patisson. De witte
is het meest gebruikelijk, Flying saucer is
een ander bekend ras.
patisson in de tropen
Dit is een zeer veel gekweekte groente in de tropen.
De groeisnelheid is enorm. Patisson wordt vaak
in achtertuinen gekweekt voor eigen gebruik.
patisson zaden
In de tropen worden ook de zaden van de
uitgegroeiden patisson worden ook gegeten,
nadat ze geroosterd zijn.
patisson in gerechten
Patisson is erg makkelijk te bereiden:
Laat ze in de magnetron gaar worden, klaar.
Maar gekookt kan ook.
Witte patisson op de markt van Sambarra, Gambia.
Patisson wordt ook als schaduwplant gebruikt,
hier groeit het tegelijkertijd met het hoofdgewas,
witte kool.
Doordat patisson snel groeit onderdrukt het onkruid.
Wanneer de patisson rijp wordt de plant verwijderd.
Pas later wordt het hoofdgewas geoogst.
Patisson is er in elke kleur te krijgen,
wit is het meest gebruikelijk
Patisson is er in veel siervormen, hier is een
zgn warted te zien (links boven). Patisson kan in elke
kleur worden gekregen, blauw bijvoorbeeld. Ook te zien:
een oranje Hokaido pompoen en een fleskalebas.
Een familie van vooral eenjarige, snelgroeiende klimplanten,
welke ranken vormt, en zich daarmee aamn andere planten optrekt.
De bloemen zijn vijf tallig en de 5 meeldraden staan vaak
als 2 maal 2 vergroeid en 1 alleenstaande meeldraad.
Deze familie heeft vaak last van meeldauw
tijdens vochtige periodes: