Dit is een gewas wat niet veel meer wordt gezien,
het wordt gezaaid na het oogsten van graangewassen,
zoals mais.(stoppelgewas)
Van dit gewas worden de knollen als vers
veevoer gebruikt, maar ook de bladeren worden
direct aan het vee gegeven.
Een andere mogelijkheid is om de bladeren
als groenbemester te gebruiken.
Er zijn ook stoppelknol gewassen met
vooral bladeren en heel weinig knol.
stoppelknol zaaien
Stoppelknol wordt halverwege augustus tussen de
stoppels gezaaid, meestal in rijen, maar breedwerpig
kan ook. Alleen als het stoppelgewas voor 10 augustus
is ingezaaid hebben de knollen voldoende tijd
om te rijpen.
stoppelknol rassen
Belangrijk is de weerstand tegen nachtvorst. Ook de
productiviteit per ras vertoont grote verschillen.
stoppelknol ziektes
Het turnip virus 1 bracht in 1948 grote schade
toe aan het bestand van de stoppelknol.
Vóór noch na 1949 werd deze virusziekte
in stoppelknollen waargenomen, hetgeen verklaard kan
worden uit de omstandigheid, dat september 1949
uitermate warm was.
Koolsoorten
Op deze website zijn de volgende koolsoorten te vinden:
Stoppelknol. Wanneer stoppelknol eerder wordt geoogst
heet het meiknol, welke niet in mei maar in de zomer
wordt geoogst.
Deze stoppelknollen zijn in september gezaaid en zijn dan nog
alleen geschikt als groenvoer en onkruidonderdrukker en groenbemester.
Er is dan geen knolvorming meer, maar schapen vinden het heerlijk.
groenbemesters
Deze planten verrijken de grond: ze doen de
hoeveelheid humus sterk toenemen en ook de
hoeveelheid stikstof.
Ook zijn er groenbemesters die de grond snel
bedekken zodat onkruid en wind weinig kans
krijgen (onkruidonderdrukkers).
Uiteindelijk worden ze weer ondergeploegd.
Ideale groenbemesters zijn winterrogge,
gele mosterd en wikke,
deze gewassen leveren vooral bruikbare producten.
Lupine en rode klaver worden
vooral gebruikt om het stikstofgehalte te verhogen. Bijenvoer en Smeerwortel zijn goede
onkruidonderdrukkers. Spurrie is in onbruik geraakt. Bladrammanas wordt vooral toegepast na aaltjes besmetting.
Stoppelknol productief groenvoer
en onkruidonderdrukker, zaai voor 10 augustus.
Zaai aan het begin van de lente de volgende
groenbemesters in :
serradella
gele en blauwe lupine witte en rode klaver voederwikke
Engels raaigras bijenvoer
Spit ze niet onder maar knip ze af bij de grond.
Een weinig gebruikte groenbemester is
het inkarnaatklaver
groenbemester en moestuin
In een moestuin is het niet verstandig om een
groenbemester te gebruiken uit de kool familie,
in verband met de toename van bodemparasieten.
kies voor september zomerrogge of westerwolde raaigras
neem na september winterrogge als eerste keus