Zeeboontje

Het zeeboontje is een kleine zee-egel met een opvallend sterk skelet. Dit diertje leeft ingegraven in het zand en zoekt langzaam bewegend naar voedsel, met name naar algen en afval. Deze schraapt het dan van de ondergrond af, door het zand tussen de 5 tanden te raspen. Het lichaam is bedekt met kleine stekeltjes, deze kunnen langzaam bewegen en hiermee loopt het diertje over het zand, ondertussen grazend.

Het zeeboontje is maar 1 centimer groot en zandkleurig, en bedekt met fijne stekels. Wanneer de omstandigheden niet goed zijn verkleuren ze naar groen.

voortplanting zeeboontje

Het zeeboontje plant zich in de zommer voort: eieren en sperma worden aan het water afgegeven en versmelten in het plankton. Er is dus een stadium dat het zeeboontje deel van het plankton uitmaakt, het zgn meroplankton. Ze zijn dan bezet met stekels: In de Noordzee is dit belangrijk: door de grote hoeveelheid van de zeeegels en door hun stekelig karakter laten ze de waterinvoer van zeewaterpijpen dichtslibben doordat ze de filters verstoppen. Dit gebeurd vooral op de booreilanden voor olie en gas.

Het zeeboontje spoelt soms massaal op het strand aan, met name als de wind uit het oosten komt. De fijne stekeltjes zijn dan verdwenen . Het dier heeft mon en anus vlak naast elkaar, en niet zoals bij de meeste zee-egels, tegenoverelkaar liggend .

vijanden zeeboontje

Het zeeboontje heeft vooral enkele grotere vissen als vijand zoals schar en schelvis.

Zeeboontje afname

Het zeeboontje komt vooral voor in ondiep zeewater tot 20 meter, maar kan tot 1200 meter diepte voorkomen. Het leeft vooral van afval, maar ook van algen.. Het zeeboontje was vroeger massaal aanwezig in de Noordzee, maar is sterk afgenomen, veroorzaakt doordat bij het vissen de bodem wordt omgewoeld. bron: The impact of trawlfishery on the epifauna of the southern
North Sea, Heye Rumohr, and Thomas Kujawski

Zee-egel, slangster, zeester en zeelelie op een afbeelding van Brehm.

meroplankton van de Noordzee. Dit zijn dus de larvestadia van grotere dieren. zeegels en zeesterren hebben in dit stadium lange stekels.

1 wormen larve Platynereis agassizi;
2 strandkrab larve
3 bryozoa larve
4 kikkervislarve van sessile tunicate;
5 pilidium larva van een worm;
6 pluteus larva van een zee-egel
7 visse-ei
8 trochophore larva van een scaleworm
9 slakkelarve
10 zeesterre larve
11 zeepokkenlarve
12 zeepokken cypris larve
13 medusa van een hydroid

De stekelhuidigen zijn een phylum van het dierenrijk welke alleen in zeewater voorkomt. In hun volwassen leven hebben deze dieren radiale symetrie. Er zijn dan meestal 5 armen welke uit het centrale lichaam ontspringen. De stekelhuidigen bezitten kleine buisjes, tubuli genaamd,
waarmee zij zich aan hun prooi vastzuigen. Hun lichaam wordt beschermd door kleine kalkplaatjes welke als pantser dienst doen. Er worden 5 groepen onderscheiden , welke verwant zijn.
Zeesterren of Asteroidea
Slangsterren of Ophiuroidea
Zee egels of Echinoidea
Zee komkommers of Holothuroidea
Zee lelies of Crinoidea
Neem een kijkje bij:
Gewone zeester
Slangster
zeeboontje
zonnester
gewone zeeappel of zee-egel
zeekomkommer
haarster